Invoering van de nieuwe Omgevingswet per 1 januari 2021 verder onder druk

5 december 2019

De nieuwe Omgevingswet, die alle wetten op het gebied van ruimtelijke ordening en leefomgeving moet gaan bundelen, moet volgens de planning per 1 januari 2021 ingaan. Gemeenten zijn al jaren bezig met de voorbereiding, vanaf 2020 moet de invoering gestalte gaan krijgen. Maar het kabinet staat onder grote druk om ‘de grootste wetgevingsoperatie sinds de grondwetsherziening van 1848’ op tijd rond te krijgen. Het doel van de Omgevingswet is om alle wetten – zo’n 3.000 in totaal – tot 1 wet te bundelen. Dit moet het zowel voor burgers als overheden veel gemakkelijker maken om zaken op het gebied van ruimtelijke ordening te regelen. Of het nu gaat om een horecavergunning of het kappen van bomen.

Gemeenten staan voor grote problemen voor de invoering van de Omgevingswet

De problemen voor de invoering van de nieuwe Omgevingswet worden alleen maar groter. Gemeenten klagen dat ze te weinig personeel hebben om vanaf 2020 te kunnen starten met de implementatie. ICT-bedrijven die de software moeten leveren vrezen niet op tijd klaar te zijn. De Eerste Kamer moet nog met de wet instemmen, en daar gaan steeds meer stemmen op voor uitstel. Daar komt bij dat de regering in de Eerste Kamer geen meerderheid heeft en dus afhankelijk is van steun van de oppositie. Het kabinet is dan ook doordrongen van de precaire situatie. In de eerste week van december wordt een beslissing genomen of de invoering van de wet moet worden uitgesteld.

Invoering van de nieuwe Omgevingswet per 1 januari 2021 verder onder druk

Meer decentralisaties werden een financiële strop voor gemeenten

In de afgelopen jaren werden meer wetten gedecentraliseerd. De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Jeugdwet gingen de Omgevingswet al voor. Ook de bijstand en sociale werkvoorziening werd op de schop genomen, wat resulteerde in de Participatiewet die per 1 januari 2016 in werking trad. Al deze decentralisaties hebben de gemeenten flink geld gekost, terwijl het eigenlijk de bedoeling was om flink te besparen. De regering wil bepaalde besluiten nu weer terugdraaien. De Jeugdwet moet worden herzien, de Participatiewet moet een tegenprestatie voor bijstandsgerechtigden gaan bevatten. Beide initiatieven komen vanuit de regering, die eerst hamerde op lokaal maatwerk door de gemeenten.

Het lot van de Omgevingswet is nog lang niet beslist

Na de besluitvorming door het kabinet zal duidelijk worden wat de toekomst is van de nieuwe Omgevingswet. Dat de wet er komt lijkt vrij zeker, maar in welke vorm en met welke bevoegdheden bij welke instanties is nog lang niet beslist. Tijdelijk minister Van Veldhoven van Milieu en Wonen, die de wegens ziekte afwezige minister Ollongren van Binnenlandse Zaken vervangt, heeft voorlopig nog vertrouwen in invoering van de wet vanaf 2021. Of dat vertrouwen uitkomt blijkt begin december 2019.

Bron: NRC Next