Herziening van de koopwoningmarkt dringend noodzakelijk

14 januari 2020

Johan Conijn, emeritus hoogleraar woningmarkt, geeft regelmatig zijn mening over de huidige stand van zaken op de huizenmarkt. Hij pleit nu voor een herziening van de koopwoningmarkt. Er zijn al maatregelen genomen, de aftrek van hypotheekrente wordt langzaam afgebouwd. Ook onbelast opbouwen van vermogen om de hypotheek op termijn af te kunnen lossen kan inmiddels niet meer. Er werd gevreesd voor negatieve  gevolgen voor de woningmarkt, maar die bleven uit. De markt trok juist sterk aan na het einde van de economische crisis vanaf 2013.

Roep om herziening wordt luider

Uit recente evaluaties, zo concludeert Johan Conijn, emeritus hoogleraar Woningmarkt, blijkt dat het tijd wordt voor een herziening van de koopwoningmarkt. Het CPB concludeert dat het eigenwoningbezit alleen maar is afgenomen en dat de eigenwoningregeling zoals die nu is dus niet doelmatig en evenmin doeltreffend is. Als er geen fiscaal voordeel was geweest voor een koopwoning zou de prijs van een huis slechts 3,3 % lager zijn geweest. De overheid loopt jaarlijks bijna 9 miljard aan inkomsten mis omdat de rente van hypotheken van de inkomstenbelasting mag worden afgetrokken. Dat is natuurlijk verre van doelmatig. Daar komt bij dat het effect op het eigenwoningbezit van de huidige eigenwoningregeling slechts 1,6% is.

Herziening van de koopwoningmarkt dringend noodzakelijk

Complexe regels werken remmend op het woningbezit

De regels die momenteel gelden zijn erg complex. Hypotheekrente mag maximaal 30 jaar worden afgetrokken, winst bij verkoop van een koopwoning moet verplicht in zijn  geheel in de hypotheek voor de nieuwe woning worden gestort en nieuwe hypotheken moeten verplicht een vorm hebben waarbij daadwerkelijk wordt afgelost tijdens de looptijd. Dit kan leiden tot problemen, omdat de Archiefwet bepaalt dat gegevens na 12 jaar moeten worden vernietigd. De eigenwoningregeling vereist echter informatie die tot 30 jaar  terug gaat. Die is dus vaak niet meer beschikbaar. Vooral in geval van overlijden, echtscheiding of samenwonen kan dit tot problemen leiden bij het verkrijgen van een nieuwe hypotheek.

Nieuwe bepaling hoe om te gaan met vermogen in eigen woning door de fiscus

De herziening van de koopwoningmarkt moet volgens Conijn beginnen met nieuwe regels van de fiscus als het de omgang betreft met het eigen vermogen dat woningbezitters in hun huis hebben zitten. Er zijn verschillende zienswijzen over de toekomst. Zo kan de eigen woning worden gezien als een belegging en op die manier in box 3 terechtkomen. Dan zou een belastingplichtige over het vermogen, zijnde de waarde van de woning minus de hypotheekschuld, 1,2% belasting moeten betalen. Een andere optie is om de woning te zien als een ‘consumptiegoed’, die volledig buiten de fiscus wordt gehouden.

Een woningbezitter betaalt dan geen belasting. De optie van het zien van de woning als belegging kan gevolgen hebben voor ouderen die in een koopwoning wonen die geheel is afgelost. Als zij de heffing niet kunnen betalen kan dat betekenen dat ze gedwongen moeten verhuizen. Dit zou kunnen worden ondervangen door de afrekening van de heffing pas te laten plaatsvinden als de woning wordt verkocht, hetzij bij verhuizing, hetzij bij overlijden van de eigenaar.

Bron: Het Financieele Dagblad