Vastgoedfondsen betalen vanaf 2025 vennootschapsbelasting

2 januari 2023

Het kabinet besloot eerder dat vastgoedfondsen vanaf 2024 vennootschapsbelasting moeten gaan betalen. Staatssecretaris Marnix van Rij van Fiscaliteit en Belastingen heeft besloten deze maatregel uit te stellen tot 2025. In een brief aan de Tweede Kamer licht hij toe dat de fondsen meer tijd krijgen om zich voor te bereiden. Vastgoedfondsen vallen nu in de categorie fiscale beleggingsinstelling. Hierdoor zijn ze vrijgesteld van vennootschapsbelasting. Het kabinet past dit aan om meer inkomen voor de Staat te genereren.

Maatregel te snel ingevoerd

Grote vastgoedfondsen protesteerden tegen de maatregel die op Prinsjesdag 2022 werd aangekondigd. Zo berekende Wereldhave, die vooral in winkelpanden belegt, dat het voor hen neerkomt op een afdracht aan vennootschapsbelasting van 3 tot 4 miljoen euro per jaar. De staatssecretaris wil beleggers nu tegemoet komen.

Ongewenste effecten

De staatssecretaris stelt dat invoering vanaf 2024 van de vennootschapsbelasting kan leiden tot ongewenste effecten. Vastgoedfondsen moeten de tijd krijgen voor herstructurering. Dit houdt onder andere in het overhevelen van vastgoed naar andere bedrijven. Het kan zijn dat hierbij overdrachtsbelasting verschuldigd is. Dit leidt dan tot dubbele belastingheffing en dat is volgens Van Rij niet de bedoeling. Hij gaat ervan uit dat de bedrijven vanaf 2025 hun zaken op orde hebben om met de nieuwe situatie om te kunnen gaan.

Vrijstelling overdrachtsbelasting

Bij investeringen in woningbouw worden vastgoedfondsen in 2025 voorlopig vrijgesteld van het betalen van overdrachtsbelasting. Hiermee wil het kabinet de beleggers tegemoetkomen voor mogelijk negatieve effecten. Van Rij heeft daarnaast toegezegd dat er een onderzoek komt naar mogelijke ongewenste negatieve effecten van het heffen van vennootschapsbelasting.

Bron: Het Financieele Dagblad