Vastgoedbedrijf maakt het Rotterdamse winkeliers moeilijk

28 januari 2019

Vastgoedbedrijf Marcan heeft inmiddels heel wat panden in handen in aan de Meent in Rotterdam. Alle panden die het bedrijf koopt, worden opgeknapt. Ze krijgen een strakke en moderne look. Goed teken toch? Helaas is het minder mooi dan het lijkt. Marcan zegt de huur op van ondernemers zodra de einddatum van hun contract in zicht komt. Ondernemers worden gedwongen te vertrekken. De reden: Marcan wil een ander type ondernemer in zijn panden. Hoogwaardige winkels moeten het worden, met meer winkeloppervlak. Een bakker, kapper, of fotowinkel past daar niet bij.

Onzekere toekomst voor ondernemers

Ondernemers zijn het niet eens met de gang van zaken. Ze willen er wel wat tegen doen, maar weten niet wat. Er worden rechtszaken aangespannen, maar niet iedereen durft dit financiële risico te nemen. Er is bij ondernemers van wie de huur nog niet is opgezegd, veel onzekerheid over hun toekomst. Moeten ze straks weg of niet. Kunnen ze nog investeren in hun zaak? En als ze weg moeten, waar gaan ze dan naartoe? En hoeveel kost het wel niet om je zaak te verhuizen? Sommige huurders leggen zich er toch bij neer en vertrekken. De nieuwe huurders van deze panden betalen veel meer huur.Door de huidige gang van zaken verandert het uiterlijk van levendige winkelstraat drastisch. Juridisch gezien mag Marcan doorgaan met deze methode. Eigenaren mogen de huur opzeggen met als reden “dringend eigen gebruik bij voorgenomen renovatie”. Het komt ook wel vaker voor, maar volgens Paul Grotenhuis van INretail (landelijke brancheorganisatie) niet zo vaak op deze manier. Het gaat er hard aan toe, met brieven, deurwaarders, opzeggingen en grote huurstijgingen.

Vastgoedbedrijf maakt het Rotterdamse winkeliers moeilijk

Stress bij de winkeliers

Conny van der Velden, eigenaar van kapsalon Pino&Co, moest zeven jaar geleden 50 procent meer huur gaan betalen als ze wilde blijven zitten. Anton de Heer, eigenaar van Bakkerij Van der Heijden, werd ook gesommeerd om in 2022 zijn pand te verlaten. Hij wilde eigenlijk zijn winkel vernieuwen, maar dat doet hij maar niet meer. De situatie leidt tot veel stress bij de winkeliers. Ze voelden zich ronduit geïntimideerd door de methodes van Marcan. De vraag is of de gemeente ook iets te zeggen heeft over de situatie. De winkelstraat heeft een maatschappelijke functie en is het behoud daarvan geen zaak van de gemeente? Ondernemers hebben toch hun moed bij elkaar geraapt en contact gezocht met de gemeenteraad. De raadsleden voelen mee met de ondernemers, maar weten ook niet wat ze ertegen kunnen doen, behalve praten met de eigenaar van Marcan, Danny Hummelman.

De visie van Marcan

Marcan begon zo’n tien jaar geleden met het opkopen van panden rondom de Meent. Advocaat van Marcan, Michel Visser, heeft een verklaring voor de handelswijze van Hummelman. Er waren namelijk veel panden met achterstallig onderhoud. De huurprijzen waren van oorsprong erg laag. Renovatie bleek hard nodig. Bovendien wil Hummelman winkelstraten maken met interessante en hoogwaardige winkels die luxe en duurzaamheid uitstralen.

Rechtszaken

Een van de winkels die moest vertrekken was de Vitaminstore. De winkel hoort bij een keten, die een zaak aanspande tegen Marcan. De Vitaminstore kreeg gelijk. De argumenten: de zaak was onlangs al verbouwd en er was al een huurverhoging geweest en bovendien bleek nergens uit dat er vraag was naar grote en luxe winkels. De Meent staat bekend om de kleine boetiekjes waar geen grote ketens zitten. Dat is wat de winkelstraat uniek maakt. Na de overwinning op Marcan, werd er door de tegenpartij echter gelijk beroep aangetekend. Een andere zaak werd wel verloren. Twee winkeliers moesten vertrekken. De winkelpanden werden samengevoegd tot één groot pand dat nu nog steeds leegstaat. Visser zegt echter dat er veel gegadigden zijn, maar dat dat huurders zijn die niet passen bij wat Marcan wil.

Ondernemen wordt onmogelijk

Het wordt de winkeliers onmogelijk gemaakt om een succesvolle zaak op te bouwen. Elke huurtermijn wordt de huur opgezegd en worden er weer zaken aangespannen. Soms wint de winkelier, soms Marcan. Steeds blijven procederen kost veel tijd en geld en vooral veel energie. De winkeliers zijn het helemaal zat.

De gemeente wil het huidige karakter behouden

Dennis Tak, raadslid van de PvdA, vindt dat het niet moeten kunnen dat een vastgoedbedrijf zo veel te zeggen heeft over de invulling van de winkelstraat. Dat is een taak van de gemeente. Toch kan de gemeente nu weinig doen. Hierdoor komt het karakter dan de winkelstraat in gevaar. Winkels die een begrip zijn geworden, moeten vertrekken. Door de hogere huren die daarop volgen, komen er alleen maar grote ketens die de huren wel kunnen betalen. Advocaat Visser vindt dat de gemeente zich niet moet bemoeien met private overeenkomsten. Marcan snapt dat het een maatschappelijke taak heeft en knapt de panden daarom op. Daarna geeft het bedrijf er een betere invulling aan met als idee een mooiere omgeving te creëren en het geïnvesteerde geld weer terug te verdienen. De ondernemers snappen het niet; Marcan heeft honderden panden en wil het toch de kleine ondernemers moeilijk maken. Maar ze blijven strijden.

Bron: NRC.nl