Rotterdamse burgers willen echt meebeslissen over hun stad

14 maart 2022

Rotterdam doet zijn best om de inspraak van burgers goed te regelen. Maar toch hebben zij vaak het gevoel niet gehoord te worden. Met name het tijdstip waarop inwoners om hun mening wordt gevraagd valt niet altijd in goede aarde. Burgerraadslid Gerben van Dijk pleit ervoor dat inwoners echt mogen meebeslissen over wat er in hun wijk of buurt gebeurt. Dit zal het draagvlak voor de plannen alleen maar ten goede komen.

Te laat overleg met burgers

De algemene klacht is dat de gemeente Rotterdam wel praat met vastgoedontwikkelaars en met woningcorporaties. Pas als de pannen al in een vergevorderd stadium zijn wordt de inspraak van burgers van stal gehaald. Zij hebben daardoor vaak het idee dat hun mening er niet meer toe doet want ‘alles is toch al beslist’. Inwoners van de wijk Carnisse in Rotterdam Zuid en bewoners van het in Rotterdam Noord gelegen Zomerhofkwartier kwamen daarom in februari 2022 verhaal halen in de gemeenteraad. Als argument wordt vaak aangevoerd dat grote wijzigingen in de plannen niet kunnen omdat dat heel veel extra geld gaat kosten. De enige optie blijft dan om morrend akkoord te gaan met de plannen. Dat is iets heel anders dan inspraak.

Rotterdamse burgers willen echt meebeslissen over hun stad

Stadsontwikkeling Nieuwe Stijl

Gerben van Dijk pleit daarom voor Stadsontwikkeling Nieuwe Stijl. Rotterdam moet in een veel vroeger stadium in gesprek gaan met de inwoners die direct betrokken zijn bij de plannen. Zeker nu er, vanwege ruimtegebrek buiten de stad, steeds vaker binnenstedelijke bouwplannen worden ontwikkeld. De inspraak van burgers goed regelen zorgt voor een verbetering van de leefomgeving, aldus Van Dijk. Steden als München en Zürich dienen daarbij als voorbeeld. Daar wordt de stadsontwikkeling uitgevoerd in nauw overleg met de bewoners en de resultaten zijn zeer positief. Prettige bijkomstigheid is dat de plannen in de meeste gevallen ook nog betaalbaar zijn.

Een stad voor de inwoners

Van Dijk pleit ervoor dat het college van B&W van Rotterdam duidelijke kaders krijgt om te overleggen met ontwikkelaars en corporaties. Daarbij moet ervoor worden gewaakt dat de plannen niet hapklaar op tafel komen te liggen en de burgers en vervolgens de gemeenteraad alleen nog maar ‘ja’ kunnen zeggen. Als de inspraak van burgers goed wordt opgepakt en tijdig wordt ingezet is de kans groot dat de plannen die uiteindelijk uitgevoerd gaan worden kunnen rekenen op een breed draagvlak. Iedereen tevreden stellen zal waarschijnlijk niet lukken. Maar door deze aanpak wordt Rotterdam wel veel meer een stad voor alle inwoners.

Bron: NRC