Gemeenten lopen risico’s bij de aankoop van bouwgrond voor woningen

30 december 2019

De aankoop van bouwgrond heeft sommige gemeenten flink in de problemen gebracht. Vooral sinds 2008 toen de economische crisis ontstond en jaren aanhield. Het resulteerde in forse verliezen die moesten worden afgeboekt omdat de prijs van grond catastrofaal daalde. In sommige gemeenten leidde dat tot forse bezuinigingen op onder andere culturele posten zoals theaters, buurthuizen en sportaccommodaties. Nu het weer goed gaat in de huizenbouw en de regering graag wil dat er per jaar minimaal 75.000 huizen bij komen, kopen gemeenten weer bouwgrond. Maar is dat een verstandige keuze?

Gemeenten kopen weer meer grond

De prijzen van huizen zitten op een topniveau. Maar aan de groei zal ooit een einde komen. De prijzen kunnen immers niet tot in het oneindige blijven stijgen. Daarom lopen gemeenten risico bij het aankopen van bouwgrond, want als de markt instort dan komen de gemeentebesturen voor dezelfde problemen te staan als pakweg tien jaar eerder. Nu is de huizenmarkt booming, maar dat zal zeker niet voor altijd zo blijven. Daar komt bij dat de stikstofcrisis al een flinke klap heeft uitgedeeld. Hopelijk zal het aangepaste beleid van de regering aangaande stikstof de bouwmarkt weer uit het slop trekken, maar er is een flinke achterstand ontstaan in het bouwen van nieuwe huizen en investeerders zijn door alle problemen voorzichtig geworden.

Gemeenten lopen risico’s bij de aankoop van bouwgrond voor woningen

Gemeenten moeten selectief zijn bij de aankoop van grond

Gemeenten kunnen uitkomst bieden bij de realisatie van nieuwe huizen door selectief grond te kopen. Heeft een complex veel verschillende eigenaren, dan kan de gemeente een aantal van hen uitkopen zodat er sneller gesaneerd en gebouwd kan worden. Gaat het om een stuk grond waar industrie was gevestigd wat bebouwing complex maakt, dan kan de gemeente door de grond te kopen en te saneren ervoor zorgen dat bouwen aantrekkelijk wordt. Maar als gemeenten lukraak grond kopen omdat ze denken er flink aan te kunnen verdienen dan zouden ze wel eens (opnieuw) bedrogen uit kunnen komen.

Bron: Het Financieele Dagblad