Buitenlandse bouwers maken meer winst dankzij een goed risicomanagement

Uit onderzoek blijkt dat de winst van buitenlandse bouwbedrijven structureel hoger ligt dan die van hun Nederlandse collega’s. Dat ligt deels aan de stevige concurrentie in Nederland. Er is weinig bouwgrond beschikbaar dus zijn de kosten hoog. Maar het blijkt ook dat buitenlandse bouwbedrijven er een beter risicomanagement op na houden.

Buitenlandse bouwers maken significant meer winst

De winst van buitenlandse bouwbedrijven uit Frankrijk, Oostenrijk, Spanje en Zweden is al jaren structureel hoger dan die van Nederlandse bouwers als BAM, BallastNedam en Heijmans. En dan hebben we het niet over een procentpunt verschil, maar over grote verschillen. Sommigen noteren winsten van rond de 10% terwijl de Nederlandse bouwers blijven steken onder de 5% en BAM het afgelopen jaar slechts 1% winst noteerde. Tijdens de crisisjaren leed Heijmans fors verlies en ging BallastNedam bijna failliet. Een belangrijke oorzaak voor de grotere winsten van buitenlandse bouwers is dat Nederlandse bouwbedrijven hun best doen om voor een project zo laag mogelijk in te schrijven. Andersom kiezen opdrachtgevers ook vrij gemakkelijk voor de goedkoopste, het kwaliteitsaspect lijkt van minder groot belang.

Hoge risico’s op onverwachte kosten

Doordat de Nederlandse bouwbedrijven over elkaar heen vallen met de laagst bieding voor een project, worden risico’s vaak over het hoofd gezien of te laag ingeschat. Het gevolg is dat bouwers soms voor honderden miljoenen verlies lijden. In het buitenland worden bouwprojecten op een andere manier aanbesteed waardoor de winstmarges standaard hoger liggen. Een onderzoeker vergeleek bouwer VolkerWessels met bouwbedrijven in het buitenland die een vergelijkbare orderportefeuille hebben. En dan blijkt dat VolkerWessels het niet zo heel slecht doet. Hun enige ‘misser’ was de zeesluis bij IJmuiden die een fors verlies opleverde. Maar dat was wel de enige tegenvaller in tien jaar tijd.

Bron: Het Financieele Dagblad