Grote weerstand tegen beperkt aantal aanbieders van stadswarmte
18 augustus 2020
Een wetsvoorstel dat de verdere uitrol van duurzame stadsverwarming moet regelen stuit op de nodige weerstand van zowel gemeenten als energiebedrijven. Er dreigt namelijk een monopolie op stadswarmte te ontstaan, die ligt bij een klein aantal aanbieders. Dit zorgt voor hogere prijzen, stagnatie van ontwikkeling van duurzame energie en waarschijnlijk ook voor een tragere afschakeling van het aardgas. Stadsverwarming is voor Nederland een belangrijk alternatief voor aardgas. Inmiddels hebben al zo’n 400.000 huizen een alternatief warmtenet.
Wetsvoorstel van minister Wiebes roept vragen op
Het concept wetsvoorstel van minister Wiebes van Economische zaken en Klimaat wekt de indruk dat er een monopolie op levering van stadswarmte ontstaat omdat de wet zich vooral richt op grote spelers op de energiemarkt. Er zijn nu drie bedrijven die de bestaande warmtenetten beheren in onder andere Amsterdam, Hengelo en Rotterdam. Dit zijn Ennatuurlijk, Eneco en Vattenfall. Als een klant eenmaal is aangesloten op een warmtenet kan hij niet overstappen naar een andere aanbieder. Dit belemmert concurrentie en is een risico voor hoge energieprijzen.
Netbeheerders en gemeenten willen meer aanbieders
De netbeheerders waaronder Stedin en ook gemeenten pleiten voor meer concurrentie. Dit zal het draagvlak om over te stappen van gas naar een duurzame warmtevoorziening vergroten. Zij staan hierin niet alleen. Onlangs werd een Warmtemanifest tegen het monopolie op stadswarmte gepresenteerd dat ook is ondertekend door onder andere de Woonbond en de Consumentenbond. Ook grote woningcorporaties sloten zich erbij aan. De netbeheerders vinden dat er geen sprake is van oneerlijke concurrentie. Voordat een warmtenet rendement oplevert moet het minstens 20 jaar actief zijn. Ook gaat het nu om relatief kleine projecten. Als die worden ‘opgeknipt’ doordat verschillende leveranciers erbij zijn betrokken komt dat de efficiency niet ten goede. Het is nu aan de minister om met een definitief voorstel te komen voor de Warmtewet.
Bron: Het Financieele Dagblad