Duurzaam wonen kost meer dan gedacht

10 juli 2019

De kosten die het kabinet voorziet om woningen aardgasvrij te maken, blijken te rooskleurig ingeschat. Volgens het Economisch Instituut voor de Bouw, het EIB, zal duurzaam wonen veel duurder blijken te zijn dan van tevoren is aangenomen. Dit blijkt uit een doorrekening van de kosten van het ontwerp-Klimaatakkoord op de onderdelen ‘mobiliteit’ en ‘gebouwde omgeving’. De resultaten van deze doorrekening door het EIB werden kort voor het klimaatdebat in de Tweede Kamer gepresenteerd aan de pers in Nieuwspoort.

Berekeningen niet realistisch

Al eerder rekende het Planbureau voor de Leefomgeving dezelfde maatregelen door. Het concludeerde dat de acties die nodig zijn voor de gebouwde omgeving tussen de € 6,8 miljard en € 13,5 miljard gaan kosten, berekend tot 2030. Hierbij moet de uitstoot van CO2 met 3,4 megaton worden teruggedrongen. Deze berekening is onder andere de basis voor het gepresenteerde Klimaatakkoord. Het Planbureau rekent voor deze maatregelen met twee scenario’s’, een hoog en laag scenario. Die volgens het EIB beide niet realistisch zijn.

Bouwen is duurder

Het Planbureau schat in dat de bouwkosten in het lage scenario gelijk zullen blijven en in het hoge scenario met 25% zullen dalen. Dat is onmogelijk, zegt het EIB. De bouwkosten kunnen niet gelijk blijven, omdat de bouwkosten de laatste 20 jaar met circa 0,5 % per jaar stegen. Het dalen van de bouwkosten in het hoge scenario is volgens het EIB niet realistisch. De totale daling is vaak minder dan gedacht, omdat kostendaling in veel gevallen slechts geldt voor een deel van het eindproduct. Daarnaast kunnen er juist extra kosten komen voor gespecialiseerd personeel of door maatschappelijke eisen. Bouwen in de stad kost bijvoorbeeld veel meer dan daarbuiten.

Tussenstap maken

Met het rapport wil het EIB vooral duidelijk maken dat een goed klimaatbeleid hogere kosten met zich meebrengt. Om die terug te dringen kunnen er onderdelen worden aangepast. Zo is het beter woningen eerst door een goede isolatie en het gebruik van een warmtepomp naar energielabel B te brengen, alvorens ze direct vrijwel energieneutraal te maken. Daarmee kunnen kosten bespaard worden die anders gemaakt gaan worden bij het invoeren van de BENG-norm (Bijna Energieneutrale Gebouwen). Het Kabinet wil deze norm volgend jaar juli invoeren voor alle woningen. Het EIB stelt voor de norm alleen bij nieuwbouwwoningen toepassen en wat betreft het terugdringen van de CO2-uitstoot, vooral te focussen op de industrie.

Bron: Het Financieele Dagblad