Is de weerstand tegen de komst van datacenters wel terecht?

5 april 2022

Er is sinds begin 2022 veel te doen over de bouw van nieuwe datacenters in Nederland. Vooral tegen het mega datacenter dat bij Zeewolde zou moeten komen is veel verzet. De recent gekozen gemeenteraad is tegen, ook de Eerste Kamer heeft bedenkingen. Minister Hugo de Jonge van VRO kondigde eerder al aan dat er de rest van 2022 geen bouwvergunningen meer in behandeling worden genomen voor datacenters van 10 hectare of meer. Maar is dat wel terecht? Directeur Kees Verhoeven van Bureau Digitale Zaken nuanceert de negatieve reacties en pleit dat deze datacenters ook veel positieve kanten hebben.

Rem op duurzame datacenterindustrie

Verhoeven vindt het niet verstandig dat de regering nu ‘met de botte bijl’ datacenters probeert te weren. En het strookt ook niet met andere ambities van het kabinet. Eén daarvan is bijvoorbeeld ‘snel en veilig internet in heel Nederland’. Dat wordt lastig als de bijbehorende infrastructuur er niet mag komen. Steeds meer zaken worden gedigitaliseerd, zowel voor particulieren als bedrijven en instellingen. Dat kost nu eenmaal dataverkeer en daarvoor moet een goede infrastructuur zijn. Tijdens de coronapandemie volgden leerlingen en studenten thuis onderwijs. Er werd digitaal vergaderd en onze boodschappen bestelden we online. Dat was allemaal niet mogelijk geweest als Nederland niet zo’n goede digitale infrastructuur had gehad. De tegenstanders van nieuwe datacenters realiseren zich vast niet wat de gevolgen zijn als die er niet mogen komen.

Is de weerstand tegen de komst van datacenters wel terecht

Digitaal knooppunt van Europa

In het regeerakkoord van Rutte IV staat dat Nederland het digitale knooppunt van Europa moet worden. Dat gaat niet lukken als er geen datacenters van enige omvang meer kunnen worden gebouwd. Andere landen, waaronder Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Ierland zetten op dat punt wel belangrijke stappen. Als Nederland minder afhankelijk wil worden van onder andere China en de VS dan ontkomen we er niet aan om de digitale infrastructuur op peil te brengen en te houden, aldus Kees Verhoeven. Moderne datacenters zijn bovendien zuinig, zo bepleit hij. Terwijl het dataverkeer de afgelopen tien jaar fors is gestegen en nog steeds toeneemt, geldt dat niet voor het energieverbruik. Dat stabiliseerde in diezelfde periode. Daar komt bij dat de moderne datacenters nauwelijks CO2 uitstoten. Digitaal communiceren zorgt er bovendien voor dat we minder vaak in de auto of het vliegtuig hoeven te stappen.

Hoeveelheid ruimte is beperkt

Veel bezwaren tegen nieuwe datacenters gaan over de ingenomen ruimte. Maar de totale ruimte die datacenters innemen is veel minder dan die van bijvoorbeeld de glastuinbouw of luchthaven Schiphol. De datacenters ‘kwamen er als laatste bij’ en moeten het nu blijkbaar ontgelden, zo constateert Verhoeven. Nederland kan een voorbeeld nemen aan landen als Noorwegen en Denemarken die een langetermijnvisie hebben ontwikkeld als het gaat om de digitale infrastructuur. Aspecten als inpasbaarheid en bescherming van de natuur zijn daarin nadrukkelijk meegenomen.

Nederland zou zich veel meer moeten richten op de kansen. Zo kan een datacenter warmte leveren voor een warmtenet voor nabijgelegen woningen. Daarnaast is het argument dat de nieuwe datacenters een te zware belasting voor het stroomnet zouden zijn te wijten aan het feit dat in Nederland uitbreiding van het stroomnetwerk jarenlang achterloopt. Als Nederland de innovatie wil bijhouden en een vooraanstaande rol wil spelen dan moeten bepaalde standpunten toch echt worden herzien.

Bron: Het Financieele Dagblad