De financiering van huisvestingskosten voor het primair en voortgezet onderwijs moet efficiënter

15 augustus 2022

Scholen voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs geven een bepaald percentage van hun budget uit aan huisvesting. Het gaat hierbij niet om nieuwbouw, maar om onderhoud aan de gebouwen. Volgens deskundigen schort het daarbij aan efficiency waardoor het onderhoud vaak te wensen overlaat. Cobouw zocht uit dat er jaarlijks zo’n 2,5 miljard euro wordt uitgegeven aan huisvestingskosten. Het gaat daarbij niet om nieuwbouw. Omdat het beleid ten aanzien van huisvesting deels bij de gemeente ligt, kan er in veel gevallen niet snel en adequaat worden gehandeld.

Gefuseerde scholen

Vroeger functioneerden alle scholen apart van elkaar. Vandaag de dag is er in veel gevallen sprake van gefuseerde koepels. Dat betekent dat de huisvesting nu veel beter centraal geregeld kan worden als het gaat om het aanvragen van offertes of het opzetten van een aanbesteding bij een grotere renovatie. De gemeente hoeft bij dit soort zaken geen rol meer te spelen. Een voorbeeld is de ventilatie van scholen. Dit werd een ‘hot item’ bij de uitbraak van corona. Veel schoolgebouwen zijn verouderd en beschikken daarom niet over een goed ventilatiesysteem. De investeringen daarvoor zijn fors, en lopen nu allemaal via de gemeente. De gemeente heeft hiervoor budget, maar dit geld is niet ‘geoormerkt’, dat wil zeggen: het hoeft niet per se aan huisvesting van scholen te worden uitgegeven. Daarom besluiten gemeenten vaak om er een andere bestemming aan te geven, zoals ouderenzorg, jeugdzorg of het oplossen van gaten in de begroting op andere posten.

De financiering van huisvestingskosten voor het primair en voortgezet onderwijs moet efficiënter

Nieuwe wetgeving

‘De minister van OCW bereidt wetgeving voor die ervoor moet zorgen dat er meer overleg komt tussen gemeenten en schoolbesturen. Zij worden verplicht om een meerjarenplan op te stellen voor de huisvesting van primair en voortgezet onderwijs, zowel voor nieuwbouw als voor onderhoud aan bestaande schoolgebouwen. Veel scholen en gemeenten werken al op deze manier, de nieuwe wetgeving zal ervoor zorgen dat dit waarschijnlijk vanaf 2024 verplicht wordt. Bouwpartijen hebben doorgaans maar matig interesse in nieuwbouw of grootschalige renovatie van scholen. Dat komt omdat hiervoor normbedragen worden gehanteerd. Deze zijn weliswaar verhoogd, maar nog steeds niet zodanig dat inschrijven voor een opdracht voor een bouwer lucratief is. De budgetten voor bouwkosten zijn al sinds 2009 niet meer verhoogd. Dat betekent dat er steeds minder mogelijkheden zijn. Daar komt bij dat de verduurzaming van scholen de komende jaren tientallen miljarden gaat kosten.

Universiteiten en hogescholen

Voor universiteiten en hbo’s ligt de situatie heel anders dan voor scholen voor primair en voortgezet onderwijs. Zij zijn sinds 1 januari 1995 eigenaar van hun gebouw. Als een hbo, ROC of universiteit wil investeren in nieuwbouw of een grote renovatie wil laten uitvoeren dan kunnen zij dit zelfstandig regelen. Ze kunnen een lening afsluiten of op een andere manier financiële middelen vrijmaken. Een dergelijk systeem zou de bouwkosten voor scholen voor funderend onderwijs ook een stuk eenvoudiger kunnen maken, aldus deskundigen.

Bron: Cobouw