Het Rijk moet miljarden investeren voor de woningbouw

29 juni 2021

Alleen met een structurele bijdrage van miljarden voor de komende decennia kan het woningtekort in Nederland worden opgelost. Dat meldde minister Kasja Ollongren van Binnenlandse Zaken half juni 2021 aan de Tweede Kamer. Er is wellicht een investering van 1 miljard euro per jaar nodig voor de komende 20 jaar. Dit geld is vooral nodig voor het realiseren van goede infrastructuur bij nieuwe woningprojecten. Voor deze post hebben gemeenten vaak onvoldoende geld beschikbaar.

Vrije marktwerking heeft gefaald

De kabinetten Rutte I en II zetten in op zelfregulering van de woningmarkt. Een ministerie van VROM was niet meer nodig. De corporaties bouwen huurwoningen in de sociale sector, marktpartijen zorgen voor de koopwoningen en de vrije sector woningen en de overheid kon zijn handen er verder vanaf trekken. Inmiddels is wel duidelijk dat dit niet goed heeft uitgepakt. Het woningtekort in Nederland is groot en loopt nog steeds op. Huizenprijzen rijzen de pan uit, bepaalde groepen komen niet aan de bak en hebben dus een ongewenste woonsituatie.

Het Rijk moet miljarden investeren voor de woningbouw

Bouwen gaat niet snel genoeg

Bouwers willen wel. Zij staan te popelen om bouwlocaties te benutten. Maar daar zit nu net het probleem. Die zijn slechts beperkt beschikbaar. Om meer grond voor woningen vrij te maken moeten bestemmingsplannen worden aangepast en dat gaat traag. Ook ontbreekt vaak een goede infrastructuur. Zeker als het om een groter gebied gaat moeten er wegen worden aangelegd en leidingen de grond in. Dat vraagt forse investeringen die vaak niet beschikbaar zijn.

Structurele investeringen zijn nodig

Om het woningtekort echt op te kunnen lossen is structurele ondersteuning door het Rijk noodzakelijk. Het gaat om dermate grote investeringen dat die niet door gemeenten of andere partijen kunnen worden opgebracht. Wat ook wel goed nieuws is voor de overheid: uit onderzoek blijkt dat de helft van de investeringen sowieso door middel van heffingen en belastingen weer terugvloeit in de staatskas.

Bron: Het Financieele Dagblad