Vergunningsvrij bouwen geeft industriële woningbouw impuls

3 november 2025

Industriële woningbouw blijft achter op ambities

Van Wijnen wil met prefab woningen 10 procent marktaandeel in NederlandNa een vliegende start met een marktaandeel van 20% in 2023, stokt de groei van industrieel bouwen. Ondanks het enthousiasme in de sector blijft het aantal daadwerkelijk gerealiseerde prefabwoningen achter bij de politieke ambitie: in 2030 moet de helft van de nieuwbouw industrieel zijn. Voor een sector waarin 2030 zo ongeveer ‘overmorgen’ betekent, is er werk aan de winkel.

Toch is er hoop. Vergunningsvrij bouwen met een typegoedkeuring zou wel eens de doorbraak kunnen zijn waar prefab bouwers al jaren op wachten. Minister Keijzer (VRO) wil vaart maken met een systeem waarbij woningen met een erkende kwaliteitsverklaring vrijgesteld worden van de meldings- of vergunningplicht. Dat zou niet alleen tijd, maar ook geld besparen – én de woningfabrieken eindelijk op volle toeren kunnen laten draaien.

Typegoedkeuring maakt vergunning overbodig

De gedachte is simpel: als een woningtype vooraf is goedgekeurd en aantoonbaar voldoet aan alle technische eisen uit het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl), waarom dan per woning opnieuw toetsen? Volgens voorstanders leidt dat nu tot onnodige vertraging en kapitaalvernietiging.

In Gelderland wordt al geëxperimenteerd met deze aanpak binnen de ‘Industriële Fastlane’. De eerste resultaten zijn veelbelovend: vergunningstrajecten worden teruggebracht van zes weken naar één dag. Ook het volledige planproces kan aanzienlijk korter. Bij woningtypes die al zijn ‘uitgeëngineerd’ en samen met gemeenten en ontwikkelaars worden ingepast in het stedenbouwkundig plan, kunnen grote stappen worden overgeslagen.

Versnelling van woningbouw met prefab nog geen vanzelfsprekendheid

Van Wijnen – de enige partij met een volledige set certificaten – rekent voor dat de bouwtijd van prefabwoningen kan dalen van twaalf naar twee maanden, en de planontwikkelfase van drie jaar naar anderhalf. Maar die versnelling komt alleen als ontwerpvrijheid, bouwregelgeving én beleid goed op elkaar worden afgestemd. En juist daar wringt de schoen.

Het bouwen met typegoedkeuring vraagt om een andere manier van werken. In tegenstelling tot andere industrieën, waar ontwerp en productie grotendeels in één hand liggen, is woningbouw nog altijd een lappendeken van invloeden: van stedenbouwkundigen tot architecten, en van corporaties tot bewoners. Die dynamiek maakt het lastig om gestandaardiseerde woningtypes grootschalig in te passen in bestaande plannen.

Haperende afstemming tussen plannen en productie

Een extra zorg is dat stedelijke plannen vaak in stilte ontstaan, zonder rekening te houden met woningtypes die al zijn goedgekeurd. Als prefabwoningen daar niet in passen, moet alsnog een vergunning worden aangevraagd – en dat ondermijnt het hele idee van versnellen.

Ook het certificeringsproces is een hobbel. Het kostte Van Wijnen zeven jaar om het volledige platform én de benodigde certificaten rond te krijgen. Andere bouwers – zoals Barli, Hodes Huisvesting, Startblock en VDL De Meeuw – zijn nog bezig. Totdat meerdere partijen gecertificeerd zijn, blijft het schaalbaar maken van industriële woningbouw een uitdaging.

Gemeenten moeten vertrouwen krijgen in industriële bouwprocessen

Hoewel erkende kwaliteitsverklaringen al onderdeel zijn van het Bbl, maken gemeenten er nog nauwelijks gebruik van. Er is een zekere koudwatervrees. Waar vroeger alleen losse onderdelen werden gecertificeerd, gaat het nu om hele woningen. Dat vraagt vertrouwen, en dat groeit langzaam.

Volgens de initiatiefnemers is dit hét moment voor overheden om “het stuur even los te laten” en mee te bewegen met een nieuwe manier van bouwen. Vergunningsvrij bouwen met typegoedkeuring biedt niet alleen snelheid, maar ook verlichting voor krap bezette gemeentelijke afdelingen.

De boodschap van de sector is helder: laat de woningfabrieken draaien, want het systeem om sneller, goedkoper én kwalitatief goed te bouwen ligt er al. Nu alleen nog het lef om het echt toe te passen.

Bron: cobouw.nl