Huurder heler, verhuurder de dupe: wie draait op voor de schade?

5 februari 2025

Steeds meer juridische procedures onder aannemersWat als een huurder illegale praktijken bedrijft in jouw pand? Dat overkwam het echtpaar Klerx, garagehouders en verhuurders van een bedrijfshal in Waalwijk. Hun pand werd in 2019 door de burgemeester gesloten omdat hun huurder zich bezighield met de handel in gestolen motorblokken. Ondanks dat het stel de huurder direct had weggestuurd, zat Klerx met forse schade: gederfde huur, reputatieverlies en juridische kosten. De gemeente zag echter geen reden tot compensatie. De zaak belandde uiteindelijk bij de Raad van State, die onlangs uitspraak deed.

De juridische strijd om sluiting

Het echtpaar Klerx had hun huurder meteen op straat gezet na signalen van heling, maar de burgemeester besloot hun pand alsnog voor zes maanden te sluiten. Dit was volgens de gemeente nodig om verdere verstoring van de openbare orde te voorkomen. De rechtbank in Breda vond die sluiting echter onnodig, aangezien de overtreding al was beëindigd. Toch ging Waalwijk in hoger beroep, wat leidde tot een langdurig juridisch geschil.

In de rechtszaal verdedigde de gemeente de sluiting door te wijzen op de bredere context van ondermijning. Volgens de gemeente zou handhaving en het sluiten van panden een ‘signaalwerking’ hebben en bijdragen aan het veiligheidsgevoel op het industrieterrein. Sinds 2019 werden er daar maar liefst 22 vergelijkbare panden gesloten, meestal vanwege drugshandel.

Controleplicht voor verhuurders

Een belangrijk twistpunt was de vraag in hoeverre verhuurders verantwoordelijk zijn voor de activiteiten van hun huurders. Volgens de gemeente had Klerx beter moeten opletten bij het verhuren. Zo werd hem verweten dat hij geen gebruik maakte van de RDW-database om de herkomst van de motorblokken te controleren. Maar volgens Klerx is dat onzin: “Uit die database kun je helemaal niets herleiden over de oorsprong van onderdelen.” Bovendien is de markt voor gebruikte automotoren erg ondoorzichtig en kun je geen vergelijkingen maken met officiële dealerprijzen.

De advocaat van Klerx benadrukte verder dat de controle waarop de gemeente haar sluiting baseerde, nauwelijks representatief was. Slechts 34 motorblokken werden gecontroleerd, terwijl de handelsvoorraad honderden onderdelen omvatte. Voor de staatsraad was het duidelijk: de feiten die de sluiting moesten rechtvaardigen, waren zwak onderbouwd.

Raad van State stelt verhuurder in het gelijk

De Raad van State oordeelde uiteindelijk dat de gemeente Waalwijk de zaak niet concreet had onderbouwd. Het pand was al leeg, de huurder was vertrokken en er was geen risico op herhaling van de criminele activiteiten. Daarmee was de verstoring van de openbare orde volgens de rechtbank opgeheven, waardoor sluiting niet langer noodzakelijk was.

Bovendien vond de rechter dat de schade die de garagehouder leed, niet op hem afgewenteld mocht worden. De rechtbank stelde vast dat Klerx juist had meegewerkt aan de doelen van de gemeente door zelf de huur op te zeggen en de criminele huurder te verwijderen. Waalwijk werd daarom veroordeeld tot het betalen van proceskosten en griffierecht.

Signaal naar vastgoedprofessionals

Deze zaak onderstreept een belangrijke kwestie voor vastgoedprofessionals: hoe ver gaat de verantwoordelijkheid van een verhuurder in het screenen en controleren van huurders? Hoewel de wet de overheid mogelijkheden geeft om panden te sluiten bij criminele activiteiten, blijkt in de praktijk dat een verhuurder niet zomaar aansprakelijk gesteld kan worden als hij tijdig maatregelen neemt. Het is echter van belang om alert te blijven en duidelijke afspraken te maken met huurders over bedrijfsvoering, om dergelijke risico’s te beperken.

Bron: nrc.nl