Vezelhennep, prefab en Friese nuchterheid: zo kan bouwen wél betaalbaar zijn

25 augustus 2025

Industrieel bouwen biedt kansen voor versnelling woningbouw

Tijdens een werkbezoek aan Friesland zag demissionair minister Mona Keijzer met eigen ogen hoe industrieel en biobased bouwen kan bijdragen aan snellere en betaalbare woningbouw. Bedrijven als Bouwgroep Dijkstra Draisma (BGDD) en Heijmans lopen daarin voorop. Toch blijkt dat niet de techniek, maar de regelgeving de grootste bottleneck is.

De Smûkwoning, een houten prefabwoning met natuurlijke isolatiematerialen als lisdodde en vezelhennep, is een goed voorbeeld. Het huis is snel te bouwen, klimaatpositief én lokaal geproduceerd. Maar het ontwerp voldoet niet aan alle regels in het Bouwbesluit. Aanpassingen zouden de woning wél compliant maken, maar dan verdwijnt juist het voordeel van eenvoud, snelheid en betaalbaarheid.

Een wirwar aan regels remt innovatie

Keijzer toonde zich zichtbaar gefrustreerd over het feit dat goed doordachte innovaties stranden op regeltjes die hun doel voorbijschieten. Aanpassing van het Bouwbesluit duurt gemiddeld anderhalf jaar, wat haaks staat op de urgentie van de woningcrisis.

Volgens BGDD-directeur Biense Dijkstra is het tijd om het gesprek te voeren over wáár regels echt nodig zijn. Hij pleit niet voor versoepeling, maar voor duidelijkheid en werkbare kaders, zodat bedrijven kunnen investeren in duurzame bouwoplossingen zonder onnodige risico’s of vertraging.

Heijmans toont wat binnen de regels wél mogelijk is

Ook Heijmans bewijst dat betaalbaar industrieel bouwen binnen de huidige kaders kan. Hun Horizon-woningen voldoen aan het Bouwbesluit en kunnen snel en gestandaardiseerd worden geplaatst. Toch draait de fabriek in Heerenveen momenteel op halve kracht. Er is te weinig continuïteit in de afname, waardoor opschalen lastig blijft.

Om echt vaart te maken, is structurele vraag nodig. Bijvoorbeeld vanuit gemeenten die standaardconcepten sneller willen toetsen, waarbij alleen de stedenbouwkundige inpassing beoordeeld hoeft te worden. Dat vraagt niet om méér regels, maar om slimmer gebruik ervan.

Friesland als voorbeeldregio voor biobased bouwen

Friesland loopt voorop met het project rond de ‘Fryske Vezelhennepdeal’. Dankzij deze samenwerking tussen boeren, bouwbedrijven en overheden worden natuurlijke bouwmaterialen lokaal geproduceerd én toegepast. De belangstelling onder agrariërs is groot: tientallen boeren staan klaar om mee te doen, maar zolang de afname niet gegarandeerd is, kunnen ze nog niet aan de slag.

Wat hier opvalt, is het vertrouwen en de bereidheid om samen te werken. Niet alleen tussen ketenpartners, maar ook tussen publiek en privaat. Volgens Keijzer is dát misschien wel de belangrijkste les: innoveren lukt alleen als partijen elkaar weten te vinden, over sectorgrenzen heen.

Schakelen van geitenpaadjes naar snelwegen

De boodschap uit Friesland is duidelijk: experimenten zijn waardevol, maar ze moeten wél opschaalbaar zijn. Zolang het beleid onduidelijk blijft en regels per gemeente anders worden geïnterpreteerd, komt biobased bouwen moeilijk van de grond.

Dijkstra roept op tot consistentie, met lange termijnafspraken en duidelijke wetgeving. Niet grootschalig centraal uitgerold, maar regionaal georganiseerd, passend bij de lokale context. Want of je nu in Friesland, Limburg of de Randstad bouwt — als de keten goed op elkaar is ingespeeld, kan biobased bouwen écht het verschil maken.

Bron: cobouw.nl