Onverwachte overcapaciteit dreigt in woningbouw

Langzame productiviteitsgroei in de bouw

De groei van de arbeidsproductiviteit in de bouw ligt al decennia achter op die van de industriële sector. Waar de industrie haar output per uur in de afgelopen dertig jaar meer dan verdubbelde, noteerde de bouwsector slechts zo’n 30 % groei. Hierdoor nemen de kosten toe, dalen de marges en ontstaan nieuwe uitdagingen voor verduurzaming en woningbouwprojecten. Bron: fd.nl

Personeel beschikbaar, toch groeiende kosten

Opmerkelijk genoeg noemt zo’n 20 % van de bouwbedrijven in 2025 personeelstekorten – fors, maar nog lager dan het gemiddelde in het bedrijfsleven. Bron: fd.nl Terwijl het aantal bouwmedewerkers tussen 2015 en 2024 steeg van circa 448.000 naar 594.000, bleef de productiviteitsgroei achter. Dat betekent hogere lonen, meer arbeid per project en sneller oplopende kosten voor opdrachtgevers.

Industrialisatie biedt kansen — en risico’s

Er is groeiende interesse in industrieel bouwen: denken aan modulair, prefab of digitaal ondersteunde concepten. Daarmee kan de sector efficiënter worden en sneller opleveren. Tegelijkertijd waarschuwt een analyse van ING Research dat deze opschaling voor de jaren richting 2028 de industriële capaciteit kan brengen tot boven de 80.000 woningen per jaar. Bron: aannemervak.nl / Analist.nl Dat is aanzienlijk, zeker omdat het huidige nieuwbouwniveau al op circa 70.000 woningen ligt. Als de vraag niet gelijktijdig toeneemt, ligt overcapaciteit op de loer — met scherpe prijsdruk en krimpende marges tot gevolg.

Gevolgen voor woningbouwprojecten

Voor ontwikkelaars, aannemers en ketenpartners geldt: blijf waakzaam. Wanneer projectplannen uitgaan van groeiende volumes of automatisch kostenreductie via industrialisatie, is goede onderbouwing noodzakelijk. Flexibiliteit in opbouw, selectieve keuze van ketenpartners en scherp inzicht in de afzetmarkt worden dé wapens van de toekomst. Wie capaciteit te snel opschaalt zonder realistische vraag, riskeert dat de winst van vandaag de pijn van morgen wordt.

Bron: fd.nl