Datagedreven gebiedsontwikkeling versnelt woningbouw in Nederland
6 oktober 2025
Innovatie als motor voor woningbouwversnelling
De woningbouw in Nederland moet sneller, slimmer en efficiënter. Daarover zijn overheid en markt het inmiddels eens. Volgens Nicole Maarsen, bestuurlijk aanjager van het Innovatie en Opschalingsprogramma (IOP) Woningbouw, ligt de sleutel in het grootschalig toepassen van innovaties zoals industrieel bouwen en datagedreven gebiedsontwikkeling.
Als lid van de Landelijke Versnellingstafel Woningbouw ziet Maarsen dat er al veel kennis en technologie beschikbaar is, maar dat deze nog te weinig wordt benut. “We laten kansen liggen om sneller meer woningen te bouwen,” zegt ze. Binnen het IOP-programma werken overheid, markt en kennisinstellingen samen om vernieuwing in de bouwketen te versnellen.
Digitale gebiedsontwikkeling als versneller
Een van de meest kansrijke innovaties is volgens Maarsen het gebruik van digitale systemen bij gebiedsontwikkeling. Door alle onderzoeksgegevens – van bodem en infrastructuur tot stikstof en woningvraag – samen te brengen in één systeem, ontstaat een digitale ‘tweeling’ van het gebied.
Zo’n systeem maakt het mogelijk om dubbel werk te voorkomen en sneller te schakelen. “Je kunt de planfase terugbrengen van zes tot acht jaar naar ongeveer twee jaar,” stelt Maarsen. Dat zou een enorme ontlasting betekenen voor gemeenten en een stimulans voor ontwikkelaars.
Van versnelling tot meer werkplezier
Volgens Maarsen is datagedreven gebiedsontwikkeling niet alleen bedoeld voor industriële bouw. Ook bij traditionele woningbouw kan het proces veel soepeler verlopen. “Het is voor de hele keten een verademing. Gemeenten kampen met personeelstekorten en complexe procedures. Digitale samenwerking maakt het werk niet alleen sneller, maar ook leuker en foutlozer.”
Rotterdam is al een voorloper op dit gebied. Ook kleinere bedrijven verzamelen steeds vaker relevante data, maar de uitdaging is volgens Maarsen om die informatie structureel te gebruiken. Het IOP werkt daarom samen met bestaande initiatieven zoals digiGO, het platform voor digitaal samenwerken in de gebouwde omgeving.
Industriële bouwstroom en snelle vergunning
Naast digitalisering richt het IOP zich op het versnellen van industriële bouwstromen. Het doel: in 2030 moeten er 50.000 industrieel gebouwde woningen zijn gerealiseerd – ruim het dubbele van de huidige verwachting.
Om dat mogelijk te maken, moet het vergunningproces flink sneller. Maarsen ziet veel potentie in een zogenoemde fast lane-vergunning voor gestandaardiseerde woningconcepten. Als bouwsystemen landelijk worden goedgekeurd, kunnen gemeenten binnen 24 uur een vergunning afgeven in plaats van na maanden wachten.
Dat past ook binnen de nieuwe Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb), die digitale controle op bouwplannen mogelijk maakt. Zo kunnen ook grotere projecten sneller van start, mits het borgingsplan compleet is.
Netbewust bouwen om netcongestie te omzeilen
Een andere belemmering voor woningbouw is het volle elektriciteitsnet. Het IOP werkt daarom aan netbewust bouwen – een aanpak waarbij ontwikkelaars, netbeheerders en overheden samen zoeken naar oplossingen voor lokale knelpunten.
In regio’s als Flevoland, Utrecht, Gelderland en Noord-Holland worden werkgroepen opgezet om te voorkomen dat projecten stilvallen door gebrek aan stroomcapaciteit. “Zonder overleg tussen markt en overheid worden soms verkeerde keuzes gemaakt,” waarschuwt Maarsen.
Van overleg naar toepassing
Maarsen is niet alleen actief aan de landelijke tafel, maar ook voorzitter van de Regionale Versnellingstafel Haaglanden. Die combinatie houdt haar scherp: “Als ik niet weet waar het misgaat, blijven we in ons torentje denken dat we goed bezig zijn. We moeten het land in om te leren en toe te passen.”
Dat de focus bij alle bestuurslagen nu ligt op realisatie, stemt haar optimistisch. Toch blijft het volgens Maarsen nodig om woningbouw integraal te benaderen: “Mobiliteit, duurzaamheid, infrastructuur en parkeren hangen allemaal samen. Pas als we dat besef vasthouden, lukt versnelling echt.”
Bron: cobouw.nl