Steeds minder starterswoningen beschikbaar door dalende corporatieverkoop
19 juni 2025
Koopstarters verliezen terrein
De Nederlandse woningmarkt laat opnieuw zien dat kansen niet gelijk verdeeld zijn. Vooral voor koopstarters is de situatie verder verslechterd. Waar woningcorporaties in 2015 nog bijna 17.000 woningen aan particuliere huishoudens verkochten, waren dat er in 2023 nog maar 4.750. Dat blijkt uit cijfers van het Kadaster, gepubliceerd in het economenvakblad ESB.
Deze forse daling in het zogenoemde uitponden – het verkopen van corporatiewoningen aan particulieren – beperkt de doorstroming. Vooral starters voelen dit aan den lijve: minder aanbod, hogere prijzen, en dus minder kansen om de woningmarkt te betreden.
Uitponden als kans voor betaalbaar eigendom
Uitgeponde woningen zijn doorgaans aantrekkelijk geprijsd. Ze liggen beduidend onder het gemiddelde prijsniveau op de Nederlandse koopwoningmarkt. In combinatie met gunstige regelingen zoals een starterslening of vrijstelling van overdrachtsbelasting, vormden deze woningen een belangrijke instapmogelijkheid.
Niet zonder reden ging in 2024 ongeveer 70% van de verkochte corporatiewoningen naar starters. Ter vergelijking: onder het totale aantal verkochte koopwoningen lag dat aandeel slechts rond de 45%. De terugval in verkoop raakt daarmee direct de groep die juist steun nodig heeft.
Krimp corporatiebezit vergroot knelpunten
In 2024 bezaten woningcorporaties in totaal 2,3 miljoen woningen. Dat is nog steeds goed voor ruim 28% van de totale woningvoorraad, maar het is wel een daling ten opzichte van tien jaar geleden. Destijds lag het aandeel nog boven de 30%.
De reden is duidelijk: de groei van het aantal huurwoningen bij woningcorporaties blijft achter bij de bredere woningmarktontwikkeling. Er verdwijnen meer woningen uit het corporatiebezit dan erbij komen. En met elke verkochte woning verdwijnt ook een potentiële betaalbare koopwoning van de markt.
Grote verschillen tussen gemeenten
Het aandeel corporatiewoningen verschilt sterk per regio. Vooral stedelijke gebieden laten hoge concentraties zien, mede door de focus op sociale woningbouw én de torenhoge woningprijzen. Rotterdam is koploper: in 2024 was daar 43,3% van het woningaanbod in handen van corporaties.
Voor beleidsmakers, ontwikkelaars en opleiders in de vastgoedsector zijn dit signalen om serieus te nemen. De afname van het aantal uitgeponde woningen raakt direct aan de doorstroming en betaalbaarheid op de woningmarkt, en daarmee aan de haalbaarheid van toekomstig woonbeleid.
Bron: fd.nl