Van Wijnen wil met prefab woningen 10% marktaandeel in Nederland

20 maart 2022

Bouwbedrijf Van Wijnen timmert hard aan de weg. In hun fabriek in Gorredijk worden nu al zo’n 4.000 zogenaamde prefab woningen per jaar gemaakt. Nog voor de bouwvakvakantie van 2022 gaat de tweede fabriek in Heerenveen draaien. Ook daar moet de productie uiteindelijk op 4.000 woningen per jaar komen. Daarmee streeft Van Wijnen naar een marktaandeel van 10% waarmee het bedrijf meteen marktleider zou worden.

Investering moet zich nu gaan terugverdienen

Om de tweede fabriek te kunnen bouwen en operationeel te maken heeft Van Wijnen flink moeten investeren. In 2020 kocht investeerder HAL een flink deel van de aandelen waardoor deze stap mogelijk werd. Ook werd om die reden geen dividend uitgekeerd. De nettowinst over 2021 kwam desondanks uit op meer dan 26 miljoen euro. De omzet van Van Wijnen bedroeg in dat jaar ruim een miljard euro. In de nieuwe fabriek in Heerenveen werd 100 miljoen euro geïnvesteerd. De helft van dat bedrag werd uitgegeven aan het aannemen van gekwalificeerd personeel en het inrichten van werkprocessen en ICT. Vanaf de zomer van 2022 moeten er met een druk op de knop prefab woningen worden geproduceerd.

Van Wijnen wil met prefab woningen 10 procent marktaandeel in Nederland

7.000 woningen in portefeuille

Over opdrachten hoeft Van Wijnen voorlopig niet te klagen. Er ligt een orderportefeuille voor 7.000 woningen. Die worden geassembleerd zoals een auto, legt ceo Peter Hutten uit. Alle onderdelen liggen op volgorde klaar en worden volgens een vooraf vastgesteld proces in elkaar gezet tot complete woningdelen die ter plaatse alleen nog maar hoeven te worden neergezet. Het gaat daarbij om zowel eengezinswoningen als appartementen. Aangezien Rutte-IV serieus van plan is om de woningbouw een flinke impuls te geven is het niet ondenkbaar dat er in de toekomst een derde fabriek in Nederland bijkomt. De huizen kosten af fabriek gemiddeld 150.000 euro. Dat maakt ze betaalbaar voor de doelgroep die het nu extreem lastig heeft op de woningmarkt. De vraagprijs kan uiteindelijk onder de grens voor Nationale Hypotheekgarantie komen te liggen, zo stelt Hutten.

Kostenbesparend bouwen

Een groot pluspunt is volgens Hutten dat er sterk kostenbesparend kan worden gebouwd. Doordat de woning al in de fabriek grotendeels wordt gemaakt is er veel minder afval. Tegen twee containers per week voor een ‘gewoon’ huis staat één kliko voor een Fijn Wonen woning van Van Wijnen. Dat er continue gebouwd kan worden aan de prefab woningen zorgt er ook voor dat toeleveranciers van grondstoffen graag afspraken maken. Daardoor kan het bedrijf de kosten nog enigszins drukken, hoewel die natuurlijk door de gestegen brandstofprijzen en de crisis in Oekraïne wel oplopen. Omdat het bouwproces ook beter is voor het klimaat dan traditioneel bouwen ziet Van Wijnen de toekomst zonder meer positief tegemoet.

Bron: Het Financieele Dagblad