Steeds minder sociale huurwoningen in Nederland

Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat het aantal sociale huurwoningen in Nederland vermindert. In 2021 droeg 34 procent van alle huurhuizen het predicaat ‘sociale huurwoning’. Rond 2011 was dat nog 37%. Bij de vrije sectorwoningen is wel een stijging te zien. Dit betekent dat voor huizen een hogere huurprijs wordt gevraagd. Hierdoor vallen deze woningen automatisch in de vrije sector. De grens voor een sociale huurwoning ligt anno 2022 rond de 760 euro huur per maand.

Private verhuur

Bij woningcorporaties bleef het aantal sociale huurwoningen relatief gelijk. Dat is niet vreemd, het is de primaire taak van deze corporaties om te voorzien in sociale verhuur. Vooral in de private sector nam het aantal sociale huurwoningen af. Dat valt te verklaren doordat private verhuurders woningen kopen om te verhuren. Die hebben vaak een betere status dan sociale huurwoningen. Voor deze woningen kan een hogere huur worden gevraagd. Hierdoor vallen ze buiten de gereguleerde sector.

600.000 extra woningen

In de periode tussen 2012 en 2021 kwamen er in Nederland zo’n 600.000 nieuwe woningen bij. Het aantal koophuizen steeg van 4 miljoen naar 4,4 miljoen. Er kwamen 300.000 huurwoningen in de vrije sector bij, een verdubbeling. Dat het aantal sociale huurwoningen in Nederland vermindert is een zorgelijke ontwikkeling. Een grote groep mensen is hiervan afhankelijk. Zij hebben een te laag inkomen om te kunnen kopen of te kunnen huren in de vrije sector. Minister Hugo de Jonge van Volkshuisvesting wil de huren voor een deel van de woningen in de vrije sector gaan reguleren. Het gaat om huizen met een huur tot 1.000 euro per maand.

Bron: Het Financieele Dagblad