Flexibel wonen moet vroegtijdige sloop van wooncomplexen tegengaan

Vandaag de dag hebben mensen vaak hun eigen wensen als het om hun woning gaat. De één wil een grote woonkamer, de ander liever een woonkeuken. Een groot gezin wil meer slaapkamers, tweepersoonshuishoudens willen liever een ruime slaapkamer en een ruime badkamer. Door de introductie van flexibel wonen moet dit in de toekomst makkelijker worden. Het principe is dat van een wooncomplex alleen het buitenframe vast staat. De bewoners kunnen de inrichting van hun woning zelf bepalen, doordat gebruik wordt gemaakt van demontabele, herbruikbare materialen. Zo wordt voorkomen dat een wooncomplex moet worden gesloopt omdat de behoefte van bewoners zodanig is veranderd dat het niet meer aan de eisen voldoet.

Object One in Deventer heeft de primeur

Een project waar het principe van flexibel wonen voor het eerst wordt toegepast is Object One in Deventer. Het gaat hier om een complex dat in totaal 21 woningen bevat. De bewoners mogen zelf bepalen hoe dit wordt ingedeeld. Uiteraard wel binnen bepaalde grenzen en in overleg met een architect. Op die manier wordt het huis precies zoals zij het graag willen. Gaat een bewoner in de toekomst verhuizen, dan kan de woning desgewenst worden aangepast aan de wensen van de volgende bewoners. Maar ook als de behoefte van huidige bewoners verandert, bijvoorbeeld bij gezinsuitbreiding, kan de woning worden aangepast.

Open bouwen is geen nieuwe gedachte

Wie denkt dat flexibel wonen pas in de 21^e eeuw is uitgevonden vergist zich. Er zijn architecten die dit principe al in de jaren zestig van de vorige eeuw toepasten, bijvoorbeeld bij pakhuizen in Amsterdam. Ook zijn er loftwoningen in zowel Amsterdam als Utrecht die door de bewoners zelf kunnen worden ingericht al naar gelang hun behoefte. Principe daarbij is dat de indeling niet wordt ‘vastgeklonken’ in de betonnen muren zodat er gemakkelijk kan worden aangepast. Op die manier kan een frame van een wooncomplex misschien wel 100 jaar meegaan en hoeft dus niet voortijdig te worden gesloopt als blijkt dat de woningen niet meer voldoen aan de vraag van dat moment.

Bron: Het Financieele Dagblad