Meer dan meters maken: woningbouw gaat over mensen

29 december 2025

De Nederlandse woningbouwopgave wordt vaak teruggebracht tot cijfers, schema’s en spreadsheets. Aantallen woningen, betaalbaarheid, bouwtempo. Onmisbaar, maar ook beperkt. Want wie wonen uitsluitend als een technisch vraagstuk benadert, mist waar het écht om draait: leefbaarheid, verbondenheid en de manier waarop we samen ruimte gebruiken. Een woning is geen product op zich, maar onderdeel van een groter sociaal en ruimtelijk systeem.

Woningbouw als technisch vraagstuk

Juist wat vanzelfsprekend lijkt – schoon water, energie, een dak boven het hoofd – verdwijnt gemakkelijk uit ons bewustzijn. Daarmee raken ook de relaties uit beeld die dit mogelijk maken: tussen mens en natuur, tussen bewoners onderling en tussen generaties. In de volkshuisvesting vertaalt dat zich naar een focus op het ‘wat’: hoeveel woningen, welke categorieën, welk bouwsysteem. Noodzakelijk, maar het vertelt slechts een deel van het verhaal.

Wonen als relationele opgave

Wonen gaat over hoe we ons tot elkaar verhouden. Tot de buurt, tot de stad, tot de generaties na ons. Het is een vraagstuk van rechtvaardige verdeling, wederkerigheid en verantwoordelijkheid. Wie alleen stuurt op aantallen en tempo, bestrijdt symptomen. De onderliggende vraag – hoe willen we samenleven – blijft onbeantwoord. Dat vraagt om anders kijken, anders handelen en uiteindelijk ook anders bouwen.

Van crisisdenken naar waardegedreven woningbouw

Wanneer volkshuisvesting wordt gezien als een gezamenlijke cultuur in plaats van een permanente crisissituatie, ontstaat ruimte voor waardegedreven keuzes. Dan draait bouwen niet alleen om snelheid, maar om zorg voor gemeenschappen en duurzame betekenis op de lange termijn. Dat vraagt om ontwerpende denkkracht, bestuurlijke moed en dialoog tussen alle betrokkenen in het vastgoed.

Ruimte als gemeenschappelijk goed

Een andere manier van kijken begint bij ruimte. Niet als optelsom van eigendommen en claims, maar als gemeenschappelijk goed. Ruimte die iedereen raakt en waar collectieve verantwoordelijkheid bij hoort. Historische steden laten zien dat dit geen abstract ideaal is, maar een praktisch uitgangspunt voor stedelijke ontwikkeling.

Lessen uit Bologna voor woningnood en leefbaarheid

De Italiaanse stad Bologna biedt een interessant perspectief. Al in de twaalfde eeuw kampte de stad met woningdruk door groei van de universiteit en instroom van nieuwe bewoners. In plaats van uitbreiding buiten de stadsmuren koos men voor verdichting binnen de bestaande structuur. Woningen werden boven de straat gebouwd, met daaronder overdekte openbare ruimte: de beroemde portici. De stad werd niet groter, maar slimmer ingericht.

Woningtekort vraagt om ontwerp en dialoog

De geschiedenis laat zien dat woningnood van alle tijden is. Het is geen natuurverschijnsel, maar het resultaat van sociaaleconomische keuzes en belangen. Juist bij de lastigste delen van de woningbouwopgave – waar belangen botsen – schieten technische optimalisaties tekort. Daar zijn ontwerpend vermogen, gesprek en samenwerking nodig om verder te komen.

Schaarste is vaak een gebrek aan ideeën

Schaarste betekent niet automatisch dat er te weinig ruimte is. In Nederland staat structureel een enorme hoeveelheid vastgoed leeg. Dat maakt duidelijk dat de opgave niet alleen draait om nieuwbouw, maar ook om herverdeling, herbestemming en creatief gebruik van bestaande ruimte. Met een andere bril ontstaan nieuwe mogelijkheden binnen het huidige vastgoedbestand.

Bouwen creëert sociale structuren

In Bologna was bouwen boven de straat geen vrijblijvend recht. Het bracht verantwoordelijkheid met zich mee voor de publieke ruimte eronder. Dat principe van wederkerigheid – iets toevoegen aan het geheel en daar gezamenlijk waarde voor terugkrijgen – versterkt leefbaarheid, veiligheid en sociale cohesie. Fysieke ingrepen hebben directe impact op hoe mensen elkaar ontmoeten en samenleven.

Inspiratie voor toekomstbestendig vastgoedbeleid

Nederland kent een andere bouw- en wooncultuur dan Italië. Het één-op-één kopiëren van stedelijke modellen is dan ook niet de oplossing. De waarde zit in de onderliggende principes: ruimte zien als gedeelde verantwoordelijkheid, woningbouw koppelen aan sociale opgaven en sturen op langdurige maatschappelijke waarde in plaats van kortetermijnrendement.

De echte vraag voor vastgoedprofessionals, beleidsmakers en ontwikkelaars is dan ook niet of we kunnen blijven bouwen, maar of we de verantwoordelijkheid durven te organiseren. Niet doorschuiven naar morgen, maar vandaag samen vormgeven aan wonen dat meer is dan meters maken.

Bron: FD