Rabobank voorspelt verdere daling huizenprijzen in 2023

27 december 2022

Volgens de Rabobank, één van de grootste hypotheekverstrekkers in Nederland, zullen de huizenprijzen in 2023 verder dalen. De bank voorziet een daling van 3% in de loop van het jaar. Voor 2024 wordt rekening gehouden met een daling van nog eens 1,5%. Eerder ging de Rabobank er nog vanuit dat de prijzen van koopwoningen in 2023 nog met 3% zouden stijgen.

Minder hoge biedingen

Over geheel 2022 stijgen de huizenprijzen nog met ruim 13%, ondanks dat de daling al in de laatste maanden van het jaar inzette. De belangrijkste oorzaak voor de prijsdaling is de fors gestegen hypotheekrente. Kopers kunnen minder lenen en daardoor zijn de biedingen lager. Daar komt bij dat mensen sowieso minder kunnen besteden doordat vooral energie en boodschappen fors duurder zijn geworden. Er is nog steeds veel vraag naar koopwoningen. Maar huizen staan langer te koop en het aantal transacties zal naar verwachting in 2023 verder dalen.

Rabobank voorspelt verdere daling huizenprijzen in 2023

Amsterdam is trendsetter

Amsterdam en de gemeenten in de regio rond de hoofdstad zijn ook nu de trendsetter. Stegen de prijzen in Amsterdam in de afgelopen jaren het hardst, nu is de stad de eerste waar de prijzen dalen. De Rabobank voorziet een prijsdaling van koopwoningen in deze regio met gemiddeld 4%. In Zeeland zullen de prijzen voor koopwoningen naar verwachting ongeveer gelijk blijven. In andere regio’s in Nederland wordt eveneens een prijsdaling verwacht.

Eerst verkopen, dan pas kopen

Huiseigenaren zijn voorzichtiger geworden. De afgelopen jaren werd met een gerust hart een huis gekocht en pas daarna de eigen woning te koop gezet. Nu wordt eerst de woning verkocht, voordat er een nieuwe woning wordt gekocht. Huiseigenaren willen eerst zekerheid over de opbrengst van de eigen woning. De Rabobank voorziet voor 2023 een verdere daling van het aantal verkooptransacties. Het aantal komt volgens de bank in 2023 uit op ongeveer 179.000. In 2022 bedroeg dit aantal nog 188.000, wat overigens ook al 35.000 minder is dan in 2021. Voor 2024 wordt rekening gehouden met een licht herstel.

Bron: Het Financieele Dagblad