Nederlanders wonen gemiddeld ruimer dan de rest van Europa

1 december 2025

Ruimte genoeg in Nederlandse eengezinswoningen

Rabobank voorspelt verdere daling huizenprijzen in 2023Nederlanders wonen gemiddeld opvallend ruim vergeleken met andere Europeanen. Uit recente cijfers van Eurostat blijkt dat 77,1 procent van de Nederlanders in een eengezinswoning woont. Alleen Ierland scoort hoger, met ruim 90 procent. In de Europese Unie als geheel ligt dat percentage op 51,7 procent.

Dat vertaalt zich in het aantal kamers per persoon. Het Europese gemiddelde ligt op 1,7 kamer per inwoner, terwijl dat in Nederland 2,1 is. Daarmee behoort Nederland tot de kopgroep, samen met Luxemburg, België en Malta.

Van krappe woningen tot woonoverschot

Ondanks deze ruime gemiddelde woonoppervlakte zijn er binnen Europa grote verschillen. Zo wonen inwoners van Roemenië, Slowakije en Letland gemiddeld met iets meer dan één kamer per persoon. Ook Polen blijft met 1,2 onder het EU-gemiddelde.

Tegelijkertijd blijkt uit het onderzoek dat 17 procent van de EU-burgers in een woning woont die als te krap wordt aangemerkt: te weinig kamers voor het aantal bewoners. In Nederland geldt dat slechts voor een klein deel van de bevolking. Sterker nog, 59 procent van de Nederlanders woont ruimer dan nodig is volgens de normen van Eurostat.

Beleving van ruimte verschilt per cultuur

Dat Nederlanders veel ruimte tot hun beschikking hebben, zegt niet alleen iets over de woningmarkt, maar ook over woonvoorkeuren en ruimtelijke ordening. Het beeld van de klassieke Nederlandse rijtjeswoning met tuin is stevig verankerd in ons woonmodel.

Toch gaat het niet alleen om aantal kamers. Wat als ruim of krap wordt ervaren, hangt ook af van leefstijl, gezinssamenstelling en culturele verwachtingen. Een gezin met twee kinderen in een appartement in Zuid-Europa ervaart die woonvorm misschien als normaal, terwijl een vergelijkbare Nederlandse familie al snel spreekt van ruimtegebrek.

Besluitvorming bij woningkoop onder de loep

Naast fysieke woonruimte is er nog een interessant aspect onderzocht: wie neemt binnen huishoudens eigenlijk de doorslaggevende beslissing bij het kopen van een huis? Uit een onderzoek van De Hypotheekshop blijkt dat vrouwen vaker de leiding nemen bij het koopproces. Ze bezichtigen uitgebreider, roepen eerder advies in en nemen minder snel risico’s dan mannen.

Volgens gedragswetenschappers is dit deels cultureel bepaald, maar mogelijk ook hormonaal. Vrouwen zouden door een combinatie van opvoeding en lagere testosteronniveaus voorzichtiger zijn in financiële beslissingen. Voor kopers én makelaars is het dus slim om daar rekening mee te houden bij de begeleiding van het aankoopproces.

Bron: fd.nl